Maar die problemen zijn nu (voorlopig) verleden tijd. Wat ik
nu anders doe dan vorig jaar? Tja, wat niet, kun je beter vragen. Wat een groot
verschil maakt, is het aantal uren. Vorig jaar had ik dertien lesuren plus mijn
afstuderen. Op dit moment heb ik twaalf lesuren en verder niets. Ik kan me
volledig concentreren op het lesgeven en ik hoef niet alles af te raffelen.
Daarbij maak ik nu korte dagen van maximaal vier uur met een uitzondering op de
donderdag. Maar zelfs een lange dag als donderdag zie ik niet als een straf:
mijn donderdag zit namelijk vol met tussenuren.
Tussenuren vond ik vroeger vreselijk. Af en toe een
tussenuur was fijn, maar vier tussenuren achter elkaar vond ik verschrikkelijk.
Nu zie ik die tussenuren helemaal niet als rampzalig. Sterker nog: ik vind het
heerlijk. Ik benut de tussenuren door in die tijd mijn toetsen na te kijken en
mijn lessen voor te bereiden. Dat is trouwens het tweede punt dat ik anders doe
dan vorig jaar. Ik bereid mijn lessen voor na mijn werk of tijdens mijn
tussenuren. Ik pak dan een kopje lekkere koffie (alleen dat is al een reden om
langer op mijn werk te willen blijven!) en ik kruip achter de computer in de
docentenwerkruimte. Ik bereid mijn lessen voor, maar ik kijk ook toetsen na, ik
voer cijfers in en doe andere dingen, zoals werkvormen verzinnen en uitwerken.
Ik ga ook pas naar huis als al mijn werk van die dag gedaan is. Vanaf dat
moment dwing ik mezelf om te ontspannen. In de trein lees ik in mijn e-reader,
thuis kijk ik tv, schrijf ik een blog of doe ik andere dingen die niets met
werk te maken hebben. En dat is fijn!
Het derde dat ik anders doe, is dat ik me minder probeer aan
te trekken van de negatieve kanten van het lesgeven. Als een leerling een
vervelende opmerking maakt, als mijn klas abnormaal lage cijfers haalt of
wanneer het me niet lukt om orde te houden in een klas, dan zet ik dat van me
af. Ik geef niet langer mezelf de schuld van de dingen die verkeerd gaan, maar
ik kijk ook naar de andere oorzaken van de lage cijfers of de drukke leerlingen.
Daarbij denk ik niet meer in ‘problemen’, maar denk ik in ‘oplossingen’. De
klas is al weken druk: hoe komt dat en hoe kan ik het de volgende keer proberen
te voorkomen?
And last but not least: ik schrijf alles van me af. Als er
toch dingen zijn die mis gaan en waar ik lang over blijf piekeren, dan schrijf
ik er over. En dat is allemaal op deze blog terug te lezen. :)
Liefs!
P.S. Laatst werd mij door mijn baas gevraagd of ik er extra
uren bij wilde hebben. Mijn collega zit nu in hetzelfde schuitje als ik vorig
jaar zat en heeft besloten dat ze één klas aan iemand wil afstaan. Ik had al van
haar gehoord dat de klas een enorm drukke klas is dat niet wil werken en er
alles aan wil doen om de docenten het leven zuur te maken. Ik heb het daarom
afgehouden en gelukkig begreep mijn baas me volkomen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten