woensdag 28 mei 2014

Intervisie: Erg veel vragen (#13)

Maandag schreef ik over mijn klas 1C, die erg veel vragen stellen. Vandaag behandel ik dit probleem in mijn intervisie.

De situatie
In klas 1C worden tijdens de uitleg erg veel vragen gesteld. Op zich is het niet erg dat er veel vragen worden gesteld, maar veel vragen zijn onnodig en daardoor overbodig. De uitleg duurt daardoor soms tien tot vijftien minuten langer dan in andere klassen. Het probleem is dat veel leerlingen zich heel erg gaan ergeren aan dit clubje, maar dat ze zich ook gaan vervelen.

De hulpvraag
Hoe zorg ik ervoor dat er minder vragen worden gesteld of dat de rest van de klas niet de dupe is van deze (onnodige) vragen?

De mogelijke oplossingen
1. Spreek met de leerlingen die veel vragen stellen af, dat ze per klassikale uitleg maximaal twee vragen mogen stellen. De andere vragen mogen ze individueel stellen tijdens het zelfstandig werken.
2. Ga in gesprek met deze leerlingen. Waarom stellen ze zo veel vragen? In dit geval gaat het om onzekere meisjes die continu op zoek zijn naar bevestiging. Geef ze meer complimenten en succesmomenten, er is een kans dat de onzekerheid dan een beetje afneemt.
3. Zeg tegen de klas dat iedereen moet luisteren naar de vragen. Misschien leren ze er zelf ook wat van. Laat de vragen herhalen door een medeleerling om te checken of deze nog niet in slaap gevallen is.
4. Beantwoord de vraag niet zelf, maar laat de vraag door een medeleerling beantwoorden. Zo kunnen ze elkaar helpen, is er meer interactie en door willekeurig iemand aan te wijzen die antwoord moet geven, moet iedereen wel opletten.
5. Laat de leerlingen de vragen aan hun buurvrouw stellen. Er wordt altijd beweerd dat leerlingen er het meeste van leren als ze iets aan een ander moeten uitleggen, dus zo wordt het een win-winsituatie.

Omdat ik oplossing 4 zeker wel de beste oplossing vind, ga ik dit vanaf nu uitproberen in mijn lessen. Ik ben heel benieuwd of dit gaat werken!

Liefs!

maandag 26 mei 2014

Klas 1C

Vandaag behandel ik mijn derde brugklas. Deze brugklas boft met een hele leuke mentor, waardoor de leerlingen automatisch ook een stuk leuker zijn. De mentor van deze klas is dit jaar begonnen als mentor en ik moet absoluut mijn complimenten geven: hij doet het geweldig! Hij is heel erg begaan met de kinderen in zijn klas, gaat er direct achteraan als je ergens commentaar op hebt en spreekt de docenten ergens op aan als hij wil weten hoe een kind het in de andere lessen doet.
De leerlingen worden dus absoluut in de gaten gehouden door de mentor. Dat merk je in de les, want zodra iemand iets doet wat niet door de beugel kan, komt diegene de les erna direct zijn/haar excuses aanbieden. Je merkt ook meteen verandering in gedrag, omdat hij/zij aangesproken is door de mentor. Je zou kunnen zeggen dat ze klein worden gehouden, maar dat is niet zo.
Alle leerlingen krijgen van de mentor de ruimte om te ontdekken wie ze zijn. Ze krijgen de kans om fouten te maken, maar leren ook zeker hoe ze dit goed moeten maken. Ik merk aan de leerlingen dat ze het fijn vinden om deze man als mentor te hebben. Ze praten altijd vol lof over hem.
De leerlingen zelf zijn schatjes. Er zitten wat leerlingen in die niet op het juiste niveau zitten of die door andere problemen het niveau niet aankunnen, maar zelfs zij doen hun best. Ze zijn makkelijk te corrigeren, net als de rest van de klas. Na één waarschuwing gedragen ze zich meteen.
Wat ik wel een nadeel van de klas vind, is dat er veel meisjes in deze klas zitten die continu bevestiging zoeken. Het is een slimme klas, maar toch ben ik met de uitleg altijd twee keer zo lang bezig dan bij een andere brugklas. Alle mogelijke vragen die gesteld kunnen worden, worden gesteld. Natuurlijk moet iedereen de vragen kwijt kunnen, maar ik word er – net als zeker 50% van de klas – wel heel moe van. Ik weet ook niet goed hoe ik dit zou kunnen beperken (hmmm… intervisie-onderwerp?). Het zit in de persoonlijkheid van deze (voornamelijk) meisjes.
Toch ben ik heel positief over deze klas. Die meisjes zijn echt schatjes en ook om de jongens kan ik altijd heel goed lachen. Ik ga ze echt missen volgend jaar, mocht ik ze niet meer in de klas hebben.
Liefs!

zaterdag 24 mei 2014

Dagboek: Activiteitenweek nummer 2 (#32)

Wie mijn blog al een tijdje volgt, weet dat ik een onzeker meisje ben dat graag binnen haar comfortzone blijft. Een activiteitenweek is dus absoluut niet mijn ding, omdat ik elke dag ergens anders wordt verwacht, met een groep leerlingen die ik niet ken, met collega’s waar ik nauwelijks contact mee heb en waarbij ik activiteiten moet begeleiden waar ik absoluut geen verstand van heb.

Maar, zo blijkt maar weer, heb ik het toch overleefd en kan ik ook de afgelopen week gelukkig nog navertellen.

Op dinsdag begon ik meteen met een fijne activiteit: Walibi. Samen met drie collega’s, een stagiaire en twee volle klassen leerlingen vertrokken we met twee bussen richting het pretpark. De leerlingen hadden er zin in, ik iets minder. Ik kende de collega’s niet heel goed en deze leerlingen nog minder, dus ik heb mijn nakijkwerk en twee boeken meegenomen. Uiteindelijk heb ik mijn boek niet open gehad, omdat het heel gezellig was met de collega’s. Dat had ik niet verwacht! Ik heb de hele middag op een terrasje gezeten (ik ben niet zo van de pretparken…) en door het stralende zonnetje is mijn nek behoorlijk verbrand. Maar ik mag niet klagen!

Ook over woensdag zal ik niet te veel klagen: om elf uur zat ik namelijk al op de scooter richting huis. Het werken zelf was die dag niet heel spannend: we gingen wiskundig vouwen. Ik had hier zo’n hekel aan als we dit op de lerarenopleiding moest doen, en nu moest ik het ook nog aan dertig stuiterende derdeklassers uitleggen. Yakkes! 

De donderdag was een langere dag. Ik begon weer met wiskundig vouwen, maar daarna stonden er (helaas) nog twee activiteiten op het programma: iets voor aardrijkskunde en iets voor biologie. Beide projecten waren buiten de school, dus daar had ik een fiets voor nodig. Ik ben zelf niet zo gestoord om vijfentwintig kilometer te fietsen, dus ik had geen andere keuze dan een fiets lenen van een collega. Ruim op tijd had ik een fiets geregeld, maar op de dag zelf bleek iemand anders hem ook te willen gebruiken. ‘Ik heb deze fiets voor vandaag gereserveerd,’ beweerde ze. Ik begon van binnen al te koken (leugenaar!), maar ik heb besloten het anders op te lossen dan met dit mens in discussie te gaan. Ik heb namelijk direct besloten dat ik dan maar op de scooter achter de groep aan zou rijden. Achteraf was dat ook de meest ideale oplossing, want na de activiteit kon ik meteen doorrijden naar huis.

Ook op vrijdag mocht ik een activiteit begeleiden waar ik zogenaamd voor opgeleid ben: een opdracht over Escher. De vorige activiteitenweek was deze opdracht een ramp, maar gelukkig was het programma herschreven. De vorige keer was dit echt veel te lastig, maar nu was het prima te doen. De leerlingen waren zo snel klaar, dat ik ze tussendoor twintig minuten pauze heb kunnen geven. Na de pauze vertrokken we met de bus naar het Eschermuseum. Het maakt niet uit waar een museum over gaat: ik vind het sowieso saai. Ik vind het dan ook moeilijk om de groep te motiveren om eens alle kunstwerken te bekijken die er in de zalen hangen. Tja, het zal de leeftijd wel zijn.

Dit weekend staat er ontspanning op het programma: ik wil de hele zondag gaan lezen. Afgelopen week is het er niet van gekomen om een boek open te slaan, dus dat ga ik zondag allemaal inhalen. Volgende week hoef ik maar twee dagen te werken: ideaal!

Liefs!

vrijdag 23 mei 2014

Werkvorm 'Cirkels'

Vorige week vrijdag heb ik de werkvorm over cirkels in mijn brugklassen gedaan. Vandaag ga ik vertellen hoe de lessen zijn verlopen, wat er goed ging en ook waar ik de volgende keer extra rekening mee moet houden.

Laat ik meteen met de deur in huis vallen: ik vond de lessen enorm leuk. Het is leuk om te zien dat de leerlingen heel goed met elkaar aan het samenwerken waren. Ze vonden het leuk om eens iets anders te doen. Ik had ze de les van tevoren al ingelicht dat we in groepjes zouden werken, en ook dat ze niet mochten klagen als ze in een groepje zouden komen wat ze misschien niet zo leuk zouden vinden. Ik heb dan ook geen gezeur gehoord over het groepje. Eén meisje kwam de dag van tevoren wel naar me toe om te vertellen met wie ze allemaal ruzie had, maar daar heb ik niet naar geluisterd. ‘Ik ga er morgen geen rekening mee houden. Het is maar voor vijftig minuten, dat overleef je wel.’ Het enige waar ik rekening mee heb gehouden is dat er in elk groepje van zes minimaal twee jongens en twee meisjes zaten.

De lessen had ik goed voorbereid. Alles was gekopieerd, alle materialen had ik klaar en ik had de groepjes al klaargezet. Ik had vijf groepjes van zes gemaakt en daardoor ontstond er heel veel ruimte in het midden van het lokaal. Ik zeurde altijd dat ik een te klein lokaal had om in groepjes te kunnen werken, maar eigenlijk is het juist ruimtebesparend. Dit kan ik dus best vaker doen, en als de leerlingen weten hoe ik de groepjes wil hebben, is het heel snel klaar te zetten.

In het kerstpakket van mijn vriend zat een belletje die je wel eens bij bijvoorbeeld de balie in een hotel ziet staan. Ik heb deze bel gebruikt om aan te geven dat de leerlingen van groepjes moesten wisselen, maar ook wanneer ik tussendoor even een opmerking wilde maken. Wanneer je in een lokaal zit waar de akoestiek zo kut is als bij mij, en dat je ook nog eens met groepjes werkt, waardoor het geluidsniveau al helemaal stijgt, is het ideaal om iets van een belletje te hebben om even de aandacht van de leerlingen te krijgen. 

Dan nu een minder puntje. Ik dacht dat ik vorig jaar tijd te kort had, maar dit keer had ik juist tijd over. De leerlingen waren al snel klaar met hun opdracht, waardoor ik elke keer best snel ben gaan wisselen. Aan het einde van de les had ik dan zo’n tien minuten over. Bij de eerste en laatste klas heb ik deze tien minuten gebruikt om de tafels weer twee aan twee te zetten, maar bij de tweede brugklas ging dat niet. Daarom heb ik in deze klas verteld hoe de theorie in elkaar zat van de omtrek van een cirkel, zodat ze verder konden gaan met de huiswerkopgaven uit het boek. Het is wel een idee om er volgend jaar een extra opdracht in te stoppen, zodat ze net even wat langer bezig zijn.

Ik vond het heel leuk om deze les uit te voeren en volgend jaar ga ik er ook zeker mee door. Wil jij ook deze werkvorm uitvoeren? Kijk dan eens bij de Documenten voor de blogpost die ik er eerder over geschreven heb en naar het materiaal dat hiervoor online staat.

Liefs!

woensdag 21 mei 2014

Tip: Denk na over jezelf (#40)

De tijd van solliciteren is aangebroken, misschien ben ik zelfs al een beetje laat. Vandaag komt er een tip die voor een groot deel met solliciteren te maken heeft. Deze komt uit het hoofdstuk ‘De juiste baan’.
 
Hoofdstuk 29, tip 1: Denk na over jezelf
‘Wie ben ik? Wat kan ik? Wat wil ik? Waar pas ik?’ Dat zijn de vier vragen die je jezelf moet stellen. Ga na wat je tot nu toe gepresteerd hebt en bedenk welke kwaliteiten je daarvoor nodig had. Bespreek met goede vrienden en familieleden wat zij als jouw specifieke eigenschappen en vaardigheden zien. En wat kreeg je te horen tijdens je opleiding van medestudenten, docenten en stagebegeleiders? Dank vervolgens ook eens terug aan het begin van je studie. Waarom heb je ook alweer voor dit vak gekozen? Het belangrijkste: ga niet uit van de banen die beschikbaar zijn, maar bedenk waar je enthousiast van wordt.



Bij het voorbereiden van mijn sollicitatiegesprek vond ik het bedenken van (positieve) eigenschappen absoluut het moeilijkste ding. Ik ben altijd bang dat ik dan arrogant over kom als ik iets positiefs over mezelf. Of dat ze me meteen afwijzen wanneer ik negatiefs noem.

Toch is dat absoluut niet het geval. Werkgevers zijn juist benieuwd naar jouw positieve kanten, dus schaam je er niet voor om deze punten vooraf te bedenken en op te noemen tijdens hét gesprek. 

Het laatste zinnetje in deze tip is heel belangrijk. Zoek niet alleen naar vacatures, maar ga eerst op zoek naar scholen die bij je passen. Op wat voor school wil je lesgeven? Aan welk niveau? Een gelovige school of juist niet? In de buurt, of liever wat verder weg? Maak eerst een lijstje met eigenschappen waar de school aan moet voldoen en ga dan pas op zoek naar een eventuele vacature. Niets is zo erg om ergens te werken waar je het helemaal niet naar je zin hebt.

Ga je binnenkort solliciteren? Op mijn blog staan sollicitatietips, wie weet heb je er iets aan! Succes.

Liefs!

maandag 19 mei 2014

Een dag uit mijn docentenleven #15

Op woensdag, de dag van de tafeltjesavond, heb ik weer van uur tot uur alles bijgehouden wat ik deed en dacht. Uiteindelijk bleek dit geen hele leuke dag te zijn, en dat allemaal door één kleine stomme reden: mijn scooter. Grrr!

Woensdag 14 mei 2014
6.12 Goedemorgen!
6.13 Het zonnetje schijnt al heerlijk door mijn slaapkamerraam. Ik dacht gisteren dat ik me had verslapen, omdat het zo licht was, maar nee, tegenwoordig is het om zes uur al stralend weer!
6.27 Ik stap iets eerder dan normaal de deur uit. Vandaag ga ik weer met de scooter naar mijn werk, daar is het prima weer voor. Eindelijk geen regen meer.
6.28 Hé, waarom start hij niet? Ik probeer nog een paar minuten lang mijn scooter aan te krijgen, maar er gebeurt niets.
6.34 ‘Schat, ik heb een probleem. Ik probeer al vijf minuten mijn scooter aan te krijgen, maar het lukt niet. Kun je me helpen?’ Het huilen staat me nader dan het lachen.
6.36 En ook mijn vriend krijgt de scooter niet aan. Ik ren snel twee trappen omhoog om boven mijn fietssleutel te pakken. Ik haal mijn fiets van het slot, want er zit niets anders op: ik moet met de fiets naar het station.
6.39 De tranen rollen over mijn wangen. Verdomme, juist nu ik een keer lekker vroeg op school zou aankomen!
6.45 Als ik bijna bij het station ben, zie ik dat de weg is afgezet. Dat kan er ook nog wel bij.
6.58 Gelukkig haal ik de trein net. Ik voel dat mijn hoofd zo rood als een tomaat is, maar ik kom in ieder geval op tijd op mijn werk.
7.06 In mijn spiegeltje zie ik hoe verschrikkelijk mijn wangen eruit zien. Rood met witte stippen. Dat heb ik nu altijd na heftige inspanning… Grrr!
7.27 In de tweede trein zie ik mijn collega zitten. Daar heb ik nu echt geen zin in. Ik probeer haar blik te vermijden…
7.31 … maar als we de trein uitlopen, ziet ze mij ook. ‘Goedemorgen,’ probeer ik er vrolijk uit te persen. Bleh, ik haat het om ’s morgens een collega tegen te komen. Ik wil RUST. Zeker na zo’n ochtend.
7.50 In de toiletten zie ik dat mijn gezicht nog steeds vuurrood is. Gezellig…
7.54 Ik baal zo dat ik niet met de scooter ben. Vanavond heb ik tafeltjesavond en ik heb er een hekel aan om ’s avonds nog met de trein naar huis te gaan.
8.30 Na mijn klassikale uitleg in 2havo loop ik een rondje om wat huiswerk in te nemen. Leerlingen die een toets willen herkansen moesten vandaag tien opgaven op losse blaadjes bij mij inleveren. Als ze het niet inleveren, mogen ze de herkansing niet maken.
8.34 Twee leerlingen zijn het vergeten. “Vergeten”, kan ik beter zeggen. Geeft niet, scheelt mij weer twee toetsen na te kijken. En dat zeg ik ook doodleuk tegen de leerlingen. Ik bedank ze er zelfs voor. Zo ben ik.
8.56 Na nog een rondje te hebben gelopen, krijg ik een goed idee voor volgend jaar. Ik zou elke periode een beloning moeten uitreiken voor het mooiste en netste schrift. Wat een briljant idee! Misschien dat de schriften er dan iets beter uit gaan zien.
9.10 Tussenuur! Tijd om even bij te komen en om de opgaven van 2havo op mijn gemak te bekijken.
10.01 Ik merk het direct bij binnenkomst al: klas 1b gaat weer een vervelend lesuur opleveren. Ik heb zo geen zin in deze klas. Bij een begroeting reageert er niemand terug. Oké…
10.24 Een leerling komt met een vraag naar me toe. In zijn neus zie ik iets zitten wat ik niet had willen zien. Bah. En dat voor een veertienjarige…
10.50 In de pauze heb ik het met mijn collega’s over de sollicitanten, die morgen komen. Ik ben benieuwd of er wat tussen zit.
11.17 Ook de tweede brugklas is druk. Eén van de leerlingen maakt op de gang een toets. Ik hoop niet dat hij al te veel last heeft van zijn drukke klasgenoten.
11.52 Ik kijk snel de toets na van de leerling die buiten de toets heeft ingehaald. Het is een 5,2. De resultaten vallen me enorm tegen bij dit hoofdstuk. Wanneer leren die leerlingen dat ze thuis moeten oefenen in plaats van alleen de samenvatting doorlezen?

12.07 En weer een tussenuur!
12.54 In de pauze vertel ik mijn collega’s over de baan die me is aangeboden. Ze zijn blij dat ik het heb afgewezen.
13.18 De bel gaat niet in verband met de examens. De helft van de klas is nog niet binnen, maar ik begin toch alvast aan de les.
13.24 Veel te laat komt de rest van de klas binnen. Ik stop voor de vierde keer met mijn uitleg – het is ook allemaal veel te spannend als de bel niet afgaat… – en wordt een beetje boos op de klas. ‘De eerstvolgende die nu mijn uitleg verstoort, schrijft vanmiddag de samenvatting van het hoofdstuk over.’
13.27 Gelukkig werken ze nu wel goed mee! Na de uitleg zet ik direct de stopwatch op het bord aan. Ik voel een lichte hoofdpijn opkomen, dus ik heb even rust nodig.
13.38 Ook tijdens de minuten dat de stopwatch niet aan staat, werkt de klas rustig. Twee leerlingen vragen of ze boter-kaas-en-eieren mogen spelen. Ze hebben al heel ver vooruit gewerkt en hebben geen huiswerk voor een ander vak. Ik heb een zwak voor deze jongens, dus ik zeg ja.
13.58 Ik zeg de timer nogmaals aan om ook de laatste minuten van de les even stilte te hebben. Wat een geweldige uitvinding is dat!
14.40 In mijn tussenuur werk ik achter de computer. Ik voel de hoofdpijn steeds meer op komen, dus ik neem wat in. Hopelijk gaat dat straks zijn werk doen.
15.48 Ik zit me al een uur te vervelen. Nog één uur tot het eten! Zzzz…
16.55 Food! Na een bordje nasi met babi pangang voel ik me al wat beter.
17.52 De eerste ouders kunnen ieder moment komen. Ik loop alvast naar mijn tafeltje toe.

18.04 Wat een lieve ouders! We komen samen tot wat oplossingen om de laatste weken te gaan knallen voor mijn vak. Hopelijk gaan de oplossingen werken.
18.12 De tweede moeder is een bekende. Ze is al eerder geweest. Gezellig!
18.21 Hihi, deze moeder heeft een beugel. Wat leuk!
18.24 En wat een lief mens!
18.36 Ik rond mijn laatste gesprek af, vier minuten voor tijd. Ik wil namelijk heel graag de trein halen. Niet zo netjes, maar eh… Tja.
18.41 Eindelijk frisse lucht!
18.49 Ik heb de trein gehaald. Morgen moet ik wel echt de scooter hebben, want ik heb ’s avonds twee afspraken.
19.21 Ik zit weer op de fiets. Door de wegversperringen rijd ik nu een andere route, maar ook dat gaat niet heel goed. Welkom in mijn stad: de stad van de omleidingen…
19.44 Eindelijk thuis!

Bij thuiskomst bleek mijn scooter het nog steeds niet te doen, verdomme. Uiteindelijk heb ik de scooter van mijn zusje kunnen lenen voor donderdagavond en vrijdag. Zaterdagochtend is mijn eigen scooter gemaakt. Iets met de carburateur. Geen idee wat het is, ik weet alleen dat ik weer honderd euro armer ben. Waar blijft mijn vakantiegeld?

Liefs!

zaterdag 17 mei 2014

Dagboek: Hoofdpijn, stress en een kapotte scooter (#31)

Vrijwel elke vrijdag schrijf ik mijn dagboekartikel. Dan hoef ik het zaterdagochtend niet te doen, wat me weer wat stress voorkomt. Nu schrijf ik het artikel wel op zaterdag, om de reden dat ik vrijdag na mijn werk direct in slaap gevallen ben. Tja, het leven is soms zwaar!
Op dinsdag was het weer even wennen om te gaan werken. Gelukkig ging dat allemaal hartstikke goed. Ik ging op de scooter naar mijn werk, want na het regenachtige weekend was het eindelijk weer een dag droog. ’s Middags had ik daar profijt van, want ik kon mooi nog even de boodschappen in huis halen voordat mijn bijlesleerling langs zou komen.
Vanaf woensdag heb ik een rotweek gehad. Het begon allemaal toen ik mijn scooter niet gestart kreeg. Mijn vriend en ik hebben in totaal zeker een kwartier staan proberen, maar er gebeurde niets. Ik was al te laat om met de tram naar het station te gaan, dus heb ik snel mijn fietssleutels gepakt en ben ik als een malle richting het station gefietst. Mijn banden waren zacht, mijn conditie was ver te zoeken en nou ja… De rest kun je allemaal lezen in mijn blogpost van komende maandag.
Ik had woensdagavond mijn tweede en laatste tafeltjesavond van dit jaar. Gelukkig verliep dat wel allemaal goed. Het waren fijne en nuttige gesprekken. We hebben nog maar een paar weken te gaan, maar in die paar weken moet er voor sommige leerlingen nog een hoop gaan gebeuren.
Ook donderdag had ik niet mijn beste dag. Mijn scooter deed het nog steeds niet, maar dit keer was ik wel op tijd om met de tram naar het station te gaan. Helaas waren er verschillende omleidingen, waardoor ik enorm zat te stressen. De tram reed ineens een hele andere kant op en ik zag het al helemaal voor me dat ik daardoor de trein niet zou halen. Daarnaast had ik nog veel meer punten om over te stressen. De volgende dag zou ik met werkvormen gaan werken, waar ik nog heel wat dingen voor in huis moest halen. Ik zou ’s avonds naar een boekpresentatie gaan, waardoor ik geen tijd had om ook die spullen nog te kopen. Ik moest nog van alles regelen voordat ik naar de boekpresentatie kon… En ik had geen scooter, waardoor ik een creatieve manier moest verzinnen voor het vervoer van die avond. Alle ellende stapelde zich op. Gelukkig was mijn zusje de reddende engel. Ze bood aan om die spullen voor de werkvorm te kopen én ik mocht haar scooter lenen die avond. Yes!
Na de peptalk van mijn zusje gingen de lessen me goed af. Bij de brugklas besprak ik één opgave op het bord met wat lastige getallen. Bij de eerste les vroeg ik een leerling om de antwoorden met de rekenmachine te berekenen. Bij de twee lessen erna wist ik de antwoorden uit mijn hoofd, dus deze schreef ik zelf op het bord. De twee laatste klassen waren echt verbaasd dat ik in één keer het antwoord wist en niet één fout maakte. ‘Ach, ik heb gewoon een rekenmachine in mijn hoofd.’
Vrijdag ging ik op de scooter van mijn zusje naar het station. Ik had geen zin in allemaal andere omleidingen, dus dit was de ideale oplossing. Ook had ik alles bij me voor de werkvormen, dus er kon niets meer mis gaan. Het enige wat nog in mijn achterhoofd zat is dat ik bij alle lessen het lokaal anders moest opstellen. Ik begon met de groepjes in de brugklas, daarna een toets in 2havo en daarna weer in groepjes met de brugklassen. Gelukkig waren de leerlingen zo lief om me te helpen en was zelfs dat geen probleem meer. Alles leek als vanzelf te gaan. Tot ik na mijn laatste les een enorme hoofdpijn kreeg. Het zat de hele dag al in mijn hoofd, maar nu was het heel erg. Alle lessen had ik gegeven, maar ’s middags kwamen nog tien leerlingen een toets herkansen. Ik kon dus niet naar huis. Er was nog genoeg dat ik kon doen (zoals nakijken en dit stuk schrijven), maar ik kon me nergens op concentreren. Hierna zou nog een hele klaagzang kunnen volgen over hoe erg mijn hoofd aan het bonken was, maar dat is voor niemand leuk om te lezen. Toen ik om vier uur thuis kwam en even snel iets gegeten had, dook ik mijn bed in en heb ik de rest van de dag slapend doorgebracht.
De vele uren slaap hebben me wel goedgedaan. Ik zag al voor me dat ik ook de hele zaterdag op mijn bed zou liggen, maar gelukkig is dat niet zo. Om kwart voor acht stond ik naast mijn bed, ik ben de deur al uit geweest, ik heb dit geschreven en het is nu nog niet eens half tien. Petje af!
Komende week heb ik een activiteitenweek. Ik ga onder andere naar een pretpark met de klas. Ik denk dat ik net als vorig jaar twee boeken meeneem en dat ik me in een restaurantje ga vermaken. Zo saai ben ik gewoon. Dus.
Liefs!

woensdag 14 mei 2014

Dankbaarheidslijstje voorjaar 2014

Het leek me leuk om voor vandaag een intervisie-artikel te schrijven, maar het lukt niet. Na twee weken vakantie is het te lastig om te bedenken waar ik voor de vakantie moeite mee had. Eindelijk had ik iets bedacht, wat doe ik bij slechte resultaten?, maar daar had ik al eens een artikel over geschreven. Dat gaat ‘m dus niet worden.
Maar omdat ik zo moeilijk iets kan bedenken waar ik moeite mee heb, kan ik maar één ding doen: een dankbaarheidslijstje schrijven. Vorig jaar werd je er mee doodgegooid. Niet alleen op andere blogs, maar ook bij mij. Eén keer in de week maakte ik een lijstje met dingen waar ik dankbaar voor was op die dag. Vandaag doe ik het iets algemener: waar ben ik dankbaar voor geweest de afgelopen periode?
Ik ben dankbaar voor…
- Ik heb een superawesome job aangeboden gekregen. Ik doe het niet, maar ik ben wel heel dankbaar dat zoiets op mijn pad gekomen is.
- Ik ben heel blij met mijn vier klassen van dit jaar, omdat ze vol zitten met hele lieve kinderen en daar ben ik heel dankbaar voor. Het had veel erger gekund.
- Ik ben dankbaar dat ik weer met plezier naar mijn werk ga. Het is een periode anders geweest, en ’s morgens om zes uur piep ik ook wel even, maar toch heb ik weer zin om te werken. Erger nog: ik vond twee weken vakantie zelfs te lang. Huh?!
- Ik ben dankbaar dat ik door mijn andere blog ineens hele leuke dingen mag doen. Ik krijg boeken aangeboden, ik krijg uitnodigingen voor boekpresentaties, ik word uitgenodigd voor een workshop… Zo gaaf!
- Ik ben ook heel dankbaar dat ik na bijna drie jaar nog steeds heel gelukkig met mijn vriend ben.
- Ik realiseer me heel vaak dat ik het echt heb getroffen met mijn baan en mijn werkgever, want zo prettig als nu heb ik het nog niet eerder bij een werkgever gehad.
- Ik ben überhaupt heel blij dat ik een baan heb in deze “lastige” tijd, waarin iedereen werkloos thuis lijkt te zitten wegens reorganisatie.
- Ik ben ook heel blij dat ik volgend jaar mag studeren en daar heb ik ook heel veel zin in (ookal ben ik nog wel een klein beetje bang om te falen)…
Ik ben heel blij met mijn leven zoals het nu is. Natuurlijk kan het beter, maar dat biedt alleen maar perspectief voor de toekomst!
Liefs!

maandag 12 mei 2014

Klas 1B

Ook vandaag weer een stukje over één van mijn brugklassen, die ik vandaag 1B noem. Deze klas is helaas minder leuk dan klas 1A.

Ik ga meteen met de deur in huis vallen: klas 1B is de klas waar ik absoluut de minste klik mee heb. Er wordt wel eerst beweerd dat je havo-docenten en vwo-docenten hebt. Wat dat betreft ben ik absoluut een havo-docent. Klas 1B zit vol met kinderen die naar het vwo gaan, terwijl mijn andere brugklassen toch meer havo-leerlingen heeft. Met die leerlingen heb ik ook een betere klik.
Ik zie er altijd wel tegenop om deze klas les te geven. Soms lijkt het alsof ik tegen een muur praat. Er is heel weinig interactie en het grapje, het dolletje, het lachje dat ik met andere klassen tussen de theorie door doe, dat heb ik niet met deze groep. Weinig humor, heel serieus, heel op zichzelf.
Natuurlijk zitten er ook leuke kinderen in deze groep, al zijn het er maar weinig. Er is één jongen die het vaak heeft over de voetbalclub van de stad waar ik woon. ‘Ze hebben weer verloren, mevrouw,’ zegt hij dan. Of: ‘Dit weekend spelen we tegen elkaar,’ waarbij hij met ‘we’ “zijn” club en “mijn” club bedoeld. Ik heb absoluut niets met voetbal, maar zo’n praatje vind ik hartstikke gezellig. Helaas heb ik wel al vele weddenschappen verloren, en hij al heel veel Twixxen gewonnen.

Er zit een jongen in deze klas die heel zwak is in wiskunde, maar zich wel vanuit zijn tenen inzet. Elke drie minuten komt hij naar mijn bureau toe om een vraag te stellen. ‘Daar ben ik weer, sorry,’ zegt hij dan. ‘Geeft niet, Marnix, ik vind het wel gezellig.’ En inderdaad, ik vind het gezellig, want dit zijn de enige twee leerlingen in de klas die ik wel oké vind.
Aan het begin van het jaar was deze klas enorm stil. Tijdens het zelfstandig werken werd er nauwelijks gepraat en als het te druk werd, waren ze na een waarschuwing meteen weer stil. Nu is dat anders. De meisjes beginnen los te komen en verliefd te worden, er wordt heel veel gekletst en die waarschuwingen hebben weinig zin meer. Heel jammer, want aan het begin van het jaar zag ik dit uur als ‘even rust’. Nu hoop ik alleen nog maar dat dit uur snel voorbij gaat.
Al met al weet ik wel dat ik het heb getroffen met mijn klas, hoor. Het had nog veel erger gekund, vooral als je kijkt naar klassen op andere scholen. Er zijn geen ruzies, geen vechtpartijen, geen eigenwijze leerlingen. Maar… ik mis de interactie zo!
Liefs!

zaterdag 10 mei 2014

Meivakantie #2

De eerste week van de meivakantie dacht ik constant: ach, ik heb nog een hele week! Maar die tweede week van de vakantie is toch wel snel gegaan. Ik mag niet klagen hoor, want iedereen om me heen is deze week al weer aan het werk, terwijl ik, samen met al mijn collega's, twee weken mocht genieten. Bovendien heb ik er ook wel weer een klein beetje zin in om te beginnen.
Ik had het briljante plan om bij de IKEA zo'n meetlint mee te nemen en om daar elke werkdag een centimeter vanaf te knippen. Nu het einde van het schooljaar nadert, en er nog maar enkele weken gewerkt hoeft te worden, is dat makkelijk te doen. Ik ben altijd al iemand van de lijstjes geweest. Van het afstrepen op een kalender, van die chocoladekalenders om af te tellen tot Sinterklaas of kerst. De echte zomervakantie begint op maandag 21 juli. Nog tien weken, waarvan ook nog een repetitieweek, een activiteitenweek en dingen als hemelvaart. Vergaderingen, rapporten teruggeven. Hoeveel lesdagen zullen er over blijven? Dertig misschien?
Dat idee beangstigt me ook wel een klein beetje. Ik zie mijn leerlingen nog maar dertig keer. Daarna zeg ik ze gedag in de wetenschap ze zeer waarschijnlijk niet meer terug te krijgen in mijn klas. Veel leerlingen hoef ik ook niet per se terug in mijn klas (sorry!), maar het grootste deel van de leerlingen aan wie ik nu les geef, ga ik echt wel missen. Te beginnen met mijn 2havo-klas. Wat een schatjes zijn dat toch. Voordat het lesjaar voorbij is, wil ik toch echt wel met ze op de foto. Groot uitprinten om aan een van de saaie muren van mijn lokaal te hangen.
Alhoewel, mijn lokaal? Als het goed is, zijn ze op dit moment al bezig met een verbouwing. Volgend jaar bestaat mijn lokaal niet meer. Die wordt met de grond gelijk gemaakt, zodat de andere lokalen groter gemaakt kunnen worden. Groot gelijk, want het is nu echt een minimale ruimte om dertig leerlingen aan les te geven. Ik ben benieuwd wat ik er volgend jaar voor terug ga krijgen. Een nog kleinere ruimte, waar we met z'n allen op elkaar zitten? Of misschien krijg ik geen vast lokaal, maar zwerf ik vier dagen lang overal en nergens door het gebouw. 
De eerste vier alinea's gingen niet over mijn vakantie, terwijl dat eigenlijk wel de bedoeling was. Ik heb ook niet heel veel te vertellen. Vaak lag ik, net zoals nu, in bed. De ene keer met mijn laptop, zoals nu, de andere keer met mijn iPad om How I met your Mother op te kijken, de andere keer met een van mijn velen boeken. Want wat heb ik een hoop gelezen deze vakantie! Zeker zeven boeken heb ik uitgelezen en ik heb nog drie vakantiedagen te gaan. 
Helaas heb ik niet veel geschreven. Het uitstelgedrag geef ik ook dit keer weer de schuld. Van 'dat doe ik wel in de voorjaarsvakantie', naar 'dat doe ik wel in de meivakantie' en nu zelfs 'dat doe ik wel in de zomervakantie'. Oeps!
Maar echt, echt, echt waar: in de zomervakantie wil ik ook zeker weer gaan schrijven. Van augustus ga ik weer mijn schrijfmaand maken en wil ik weer 50.000 woorden op papier krijgen. Maar voor die tijd wil ik mijn vorige verhaal hebben afgerond, zodat ik dat tevreden kan afsluiten (en opsturen?).
Liefs!

vrijdag 9 mei 2014

Een nieuwe baan (... of toch niet?)

Vanmiddag overkwam me iets bizars. Ik liep nietsvermoedend de woonkamer in na een uurtje bijles geven toen ik mijn telefoon over zag gaan. Er stond een nummer in beeld dat ik niet kende. Toen ik op nam, werd het al snel duidelijk wie de beller was: mijn begeleider van de lerarenopleiding. Huh?
Er schoten wat dingen door mijn hoofd. Heeft hij een bijlesleerling voor me? Belt hij zomaar, naar iedereen, om te kijken hoe het gaat met al zijn oud-studenten? Of belde hij om te vragen om te vragen of ik me aan wil melden voor zijn LinkedIn-groep, waar hij al eerder om had gevraagd. Nee, nee, nee. En hij belde ook niet om te zeggen dat mijn diploma ongeldig was verklaard, zei hij zelf al direct. Er was een andere reden.
Hij bood me een baan aan, op de lerarenopleiding. Er was een vacature vrijgekomen en als ik zijn woorden mag geloven, moest hij direct aan mij denken. ‘Omdat ik toch altijd wel positief terugdenk aan jou,’ zei hij erbij. ‘En omdat ik denk dat je daar wel bekwaam voor bent.’ Wow! Ik was even stil, maar ik wist eigenlijk meteen al het antwoord. ‘Nee, sorry,’ zei ik. ‘Ik ga in september beginnen met de eerstegraadsopleiding, dus dan krijg ik het al heel druk.’ Hij probeerde me nog over te halen door te zeggen dat ik dat mooi kon combineren, maar ik bleef bij mijn antwoord. Bovendien ben ik heel blij met mijn huidige werkgever.
Toen ik had opgehangen, rende ik meteen naar mijn vriend toen. ‘Wat bizar! Ik heb net een baan aangeboden gekregen.’ Pas toen het hele verhaal mijn lippen was gepasseerd, besefte ik wat me zojuist was overkomen. In deze tijden van crisis, waar nog steeds heel veel mensen werkloos thuis zitten, tientallen sollicitatiebrieven de deur uit sturen, krijg ik een baan aangeboden. ‘En het is nog een goedbetaalde baan ook,’ zei mijn vriend nadat hij de vacature had opgezocht. ‘Ruim drieduizend euro bruto per maand!’
Ik ben niet zo iemand van de uitdagingen. Ik houd van zekerheid, ‘binnen mijn comfort zone blijven’ is bijna mijn levensmotto en dat ik volgend jaar ga beginnen met een nieuwe opleiding, is een hele grote stap. Toch is er ook wel iets in mij dat zegt dat het een ENORME kans is die ik met beide handen aan moet grijpen. Ik ben nu 23 jaar, mijn hele leven ligt nog voor me en als ik op zo’n jonge leeftijd al zo’n enorme stap vooruit kan maken, kan dat alleen maar heel veel goeds voor de toekomst betekenen. En dat salaris… Dat is natuurlijk ook wel bijzonder aantrekkelijk. Van schaal LB ga ik direct naar LE, waarvan ik tot vanmiddag niet eens wist dat het bestond.
Maar ik doe het niet. Als ik nu begin op een nieuwe werkplek én start met een studie, komt er te veel op me af. Te veel indrukken, te veel nieuwe dingen bijleren en te veel stress. Dat kan ik niet heel goed aan. Bovendien ben ik dan bang dat heel mijn plaatje van de toekomst in duigen valt. Dat droomhuis zal er natuurlijk wel sneller komen met zo’n salaris, maar het bloggen zal minder worden, ik kan geen les meer geven aan lieve, schattige brugklaskindertjes, ik kan lang niet meer zo veel aandacht besteden aan de andere blog waarvoor ik onder mijn eigen naam schrijf, ik heb geen tijd meer om bijles te geven – wat ik toch wel heel erg leuk vind, want ik ben gisteren gebeld voor een bijlesklantje, vandaag is ze bij mij thuis geweest en één op één uitleggen is toch wel héél leuk, maar dat is allemaal een ander verhaal – en mijn ultieme droom om een boek uit te geven zal dan ook in duigen vallen, want daar heb ik dan ook de tijd/energie niet voor.
‘Dus ik doe het niet,’ zei ik tegen mijn vriend, ‘maar ik heb nu wel weer inspiratie voor een blogartikel!’
Liefs!

woensdag 7 mei 2014

Tip: Laat ze zelf iets uitleggen (#39)

Eén van de leukste stages is een stage op een internationale school geweest. Het was mijn tweede stage, na een beroerde eerste stage voortijdig te hebben beëindigd, en ik vond het geweldig. Het was zo anders dan mijn eerste stage en ik heb nog nooit zo veel van het onderwijs gehouden als toen. De leerlingen, die niet tot nauwelijks Nederlands spraken, krijgen een behoorlijk aantal uren Nederlands in de week, maar daarnaast ook wiskunde/rekenen (en andere vakken natuurlijk). Er waren twee soorten klassen: de leerlingen die nog maar heel kort in Nederland waren en de leerlingen die er al iets langer zijn. Bij beide groepen moest je enorm op je taalgebruik letten, alles net even wat extra uitleg geven en zo goed mogelijk articuleren.
Hoofdstuk 8, tip 4: Laat ze zelf iets uitleggen
Zelf iets uitleggen in het Nederlands vinden kinderen soms lastig: ze beginnen te stamelen, ze formuleren gebrekkig. Ga ze niet ‘helpen’ door het voor ze in te vullen. Je helpt ze er namelijk niet echt mee. Kinderen leren een taal vooral door zelf veel te praten en woorden te geven aan hun gedachten. Laat ze daar mee oefenen, want alleen luisteren en lezen is niet genoeg.
Bij de heel-kort-in-Nederland-groep heb ik deze tip vaak toegepast. Ik kreeg een klein groepje sterke rekenaars toegewezen. De kinderen in dat groepje spraken de taal niet heel erg goed. Mijn taak was om met deze kinderen een rekentoets te bespreken van het Cito en dan vooral naar de vraagstelling te kijken. Voor Nederlandse kinderen is de rekentoets goed te maken, maar voor leerlingen die de taal niet spreken, is dat toch een stuk lastiger.
Ik vroeg de leerlingen heel goed naar de sommen te kijken, en soms ook naar de plaatjes, en vervolgens moesten ze aan mij uitleggen wat ze bij die som moesten doen. Ik probeerde ze zo veel mogelijk zelf te laten praten, ze mochten elkaar aanvullen als de ander er echt niet uit kwam, maar ik probeerde zelf zo min mogelijk te verklappen.
Nu ik dit stukje heb geschreven, besef ik wel dat ik deze stage echt heel erg mis. De kinderen waren zo lief, ze waren dankbaar voor de lessen (en bedankten me ook aan het einde van een les!) en ook de collega’s waren heel lief en behulpzaak. Aaah, mag ik de tijd terugdraaien?
Liefs!

maandag 5 mei 2014

Klas 1A

Vanaf vandaag ga ik, net als vorig jaar, een stukje schrijven over al mijn klassen.

Ik begin met de brugklas die ik voor het gemak even klas 1A noem. Al eerder heb ik wat kinderen uit deze klas benoemd op mijn blog: vier van de leerlingen hadden ruzie, twee van de leerlingen behoren tot mijn favorieten (ook al mag dat eigenlijk niet natuurlijk) en de leerling die elke les extreem veel vragen stelt. Ik twijfel wel eens wat mijn favoriete klas is, want in deze klas zitten echt schatten van leerlingen. De meeste leerlingen zijn lief voor elkaar, ze zijn heel geïnteresseerd in mij en ik kan heel goed met de klas opschieten. Toch zijn ze niet altijd even leuk. Er zitten best wat leerlingen in de klas die behoorlijk wat aandacht nodig hebben. Sinds één van de leerlingen een vmbo-advies gekregen heeft, zit hij goed in zijn vel, maar hiervoor was hij agressief en trok hij zijn eigen plan. Stronteigenwijs, en ik had ook echt geen zin om mijn energie nog op hem te richten. Al die strafregels die hij heeft geschreven zijn bijna niet meer te tellen...

Dit is een klas met uitersten: er zitten hele kinderachtige meisjes in, speelse jongetjes, een kind met een behoorlijk heftig leven, twee grappenmakers - waarvan één aan het begin van het jaar behoorlijk depressief is geweest, maar nu de vrolijkste van de klas is - en er zitten ook hele serieuze, stille leerlingen in de klas, twee leerlingen die keer op keer een onvoldoende halen, ook al leren en oefenen ze zich een ongeluk... Een diverse klas, maar daarom juist zo leuk!

Er zitten leerlingen in deze klas die ik volgend jaar niet meer in de klas wil hebben, maar gelukkig is het grootste deel van de groep heel leuk!

Liefs!

vrijdag 2 mei 2014

Meivakantie #1

Op het moment dat ik dit schrijf, zit ik in de auto. Tweeënhalf uur, vanuit de randstad naar het zonnige zuiden. Althans, ik hoop op een zonnetje, want het ziet er aardig grauw uit buiten. Dat had ik niet verwacht toen ik een paar weken terug een hotelletje boekte voor begin mei. 

De vakantie is tot nu toe heerlijk. Ik heb tot nu toe vooral heel veel gelezen, maar ook veel geschreven voor mijn andere blog. Ik merk dat ik het schrijven voor hier op een laag pitje heb gezet. Dat is niet de bedoeling! Ik hoop volgende week wat meer tijd te hebben om veel artikelen voor hier te schrijven. Dit weekend zal dat niet lukken: ik hoop überhaupt dat ik dit, en het stukje van maandag, op de blog kan zetten. Ik heb in het hotel geen WiFi, dus ik zal het op een creative manier moeten doen.

Afgelopen week had ik voor het eerst de gedachte dat twee weken vakantie best lang is. Ik weet niet waar dat ineens vandaan kwam. Schijnbaar heb ik ineens zin om te werken. Ik heb wat leuke lessen in het vooruitzicht (werkblad over de omtrek en oppervlakte van een cirkel) en het aftellen tot de zomervakantie kan ook bijna beginnen. Uit ervaring weet ik dat de weken na de meivakantie voorbij vliegen. Joepie!

Liefs!

P.S. Ik ben er inmiddels achter dat ik met de app van Blogger geen berichten kan inplannen op een ander tijdstip. Vandaar dat dit nu al een stuk eerder online komt...