maandag 3 februari 2014

Cursus: Mentor voor beginners #1

Toen er eind vorig jaar een mailtje rondging met de vraag wie mee wilde doen aan welke cursus, hoefde ik geen moment te twijfelen. Sowieso vind ik cursussen altijd heel interessant (ik ga niet voor niets volgend jaar beginnen met de eerstegraads opleiding, puur omdat ik het studeren mis), maar een cursus 'Mentor voor beginners' kwam precies op het juiste moment. Ik kreeg net te horen dat ik misschien mentor zou worden, dus behalve een theorieboek leken trainingen me ook heel handig.

Twee weken terug had ik mijn eerste cursusdag en ik ben er zo ontzettend enthousiast over. Het is jammer dat mijn hoofdpijn enorm in de weg zat, anders had ik direct vijf nieuwe artikelen geschreven, zoveel inspiratie had ik. De cursus duurde drie uur. Een behoorlijk lange tijd, maar daar merkte ik niets van, zo erg had ik het naar mijn zin.
We begonnen met een voorstelrondje, zodat de gast ons wat beter kon leren kennen. Daarna kregen we enkele stellingen voor onze kiezen, waarop het antwoord ja (gaan staan) of nee (blijven zitten) kon zijn. Een interactieve werkvorm, ik houd er wel van. De vragen waren soms best confronterend. Ze gingen van 'Ik vind het leuk om mentor te zijn' naar 'Op mijn 67e sta ik nog steeds voor de klas'. Op beide vragen heb ik na een twijfel toch nee geantwoord. Het lijkt me leuk om mentor te zijn, maar ik ben zo bang dat ik het niet kan, dat het me tegen gaat staan. Ook het lesgeven vind ik heel erg leuk, maar als ik kijk naar wat ik écht wil, dan is dat toch schrijven. Ik vind de combinatie (bloggen over lesgeven) nog steeds de beste beslissing in mijn leven en het liefst blijf ik daar nog jaren mee doorgaan. Maar als ik diep in mijn hart kijk, dan wil ik - als daar de mogelijkheid voor is - fulltime gaan schrijven. Of loop ik dan toch te hard van stapel?

Na de introductie begonnen we met de gesprekstechnieken. We kregen een dialoog voorgelegd tussen een mentor en een mentorleerling, met daarbij de vraag of dit een 'goed gesprek' was, of dat we het anders zouden doen. Alleen het feit dat de vraag al moet worden gesteld geeft al een tipje van de sluier; het was geen goed gesprek, omdat de mentor alleen gesloten vragen stelde. 'Je zit zeker huiswerk te maken met de televisie aan?' en 'Je traint zeker te veel, waardoor je geen tijd hebt voor je huiswerk?' De vragen werden zo gesteld, dat de leerling geen inbreng meer had. Conclusie: het is niet goed om alleen maar gesloten vragen te stellen tijdens een mentorgesprek, want zo word je niets wijzer.

Nadat we zelf gesprekjes met elkaar hadden gevoerd waarbij we eerst alleen gesloten vragen mochten stellen en daarna alleen open vragen, kwamen we tot het besluit dat een combinatie van beide vragen het ideale mentorgesprek zou zijn. Beide vragen hebben zijn voor- en nadelen.
Daarbij hebben we nog kleine tips gekregen voor tijdens een gesprek. Zo hoorden we bijvoorbeeld dat je niet recht tegenover een leerling moet zitten, maar dat je beter schuin kunt zitten (wiskundig gezien: onder een hoek van 90 graden). Zo is de leerling niet verplicht om je aan te kijken, maar kan hij ook langs je heen kijken. Een tweede nuttige tip is om een stilte te laten vallen, bijvoorbeeld als de leerling aan het nadenken is. Niets is vervelender voor een leerling dan gestoord te worden tijdens het nadenken. Hoe je kunt zien of een leerling nadenkt? Dan heeft de leerling zijn ogen weggedraaid van je.

We eindigden de dag met een praktijkvoorbeeld, waarbij we een echte eye-opener kregen. Als een leerling met een probleem zit, is het niet aan jou om dat probleem op te lossen. Het is aan jou om mee te helpen om een oplossing te zoeken, maar de leerling zelf moet het oplossen.

Binnenkort krijgen we een tweede en laatste cursusdag, waarbij we dieper ingaan op nog meer praktijkvoorbeelden. Interessant!

Liefs!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten