Enkele weken terug had ik een gesprek met een “lastige”
vader, voor zover ik hem zo mag noemen. Hij was het niet eens met sommige aanpakken
van mij en wilde dit graag anders zien.
Hoofdstuk 22, tip 4:
Respecteer de opvoeding
Je kunt je
waarschijnlijk niet altijd vinden in de opvoedingsstijl van een ouder. Accepteer
dit en dring ze niet jouw opvoedtips op. Je begeeft je dan op glad ijs. Maak
wel altijd duidelijk wat jouw regels zijn in de klas, want daar ligt jouw
verantwoordelijkheid. En benadruk jullie gemeenschappelijke belang; dat het
goed gaat met het kind.
Deze vader is nogal streng voor zijn zoon. Het kind moet en
zou volgend jaar vwo gaan doen en vader doet er alles aan om zijn zoon daar te
krijgen. Een 7,3? Niet goed genoeg! Een 7,8? Dat kan beter! Vader dwingt de
zoon om goed naar zijn fouten te kijken, maar ook om mij aan te spreken op zo’n
beetje alles waar eventueel nog punten te behalen zijn. Er staan geen
berekeningen, maar het antwoord is wel goed. Voor mij een reden om geen enkele
punt toe te kennen. Voor de vader een reden om zoon op mij af te sturen.
Ik snap de vader wel. Natuurlijk is het gaaf om je zoon naar
vwo te zien gaan, om je zoon goede cijfers te zien halen en om later naar de
diplomauitreiking van je zoon te kunnen gaan voor een of andere studie met
ontzettend moeilijke woorden. Toch kan ik me niet vinden in zijn aanpak. Zoon
is namelijk geen vwo-leerling. Een vwo-leerling is geïnteresseerd, een
vwo-leerling heeft een goede werkhouding en een vwo-leerling heeft geen duizend
waarschuwingen nodig voordat hij aan het werk gaat. Deze jongen wel. De jongen
met het mobieltje, de jongen die de grenzen opzoekt, de jongen die liever op
etuis tekent dan dat hij in de les aan het werk gaat. De jongen die passerbogen
uitgumt, zelfs na honderd keer te hebben benadrukt om deze te laten staan. De
jongen die geen berekeningen opschrijft, ondanks dat het duidelijk bovenaan de
opgave staat (en ondanks dat de docent (ik!) het al zo vaak heeft gezegd).
Natuurlijk is het niet erg dat deze jongen een havo-leerling
is. Maar dat vindt vader wel. En daar kan ik me niet helemaal in vinden. Ik
fantaseer wel eens. ‘Als ik later een kind heb, dan ben ik echt een stuk
milder,’ zeg ik dan. Of: ‘Mijn kind hoeft van mij geen vwo te doen, als hij/zij
maar zijn best doet.’ Het belangrijkste vind ik dat het kind, of het nu die van
mij is of die van iemand anders, op het juiste niveau zit. Dat hij/zij niet
boven zijn kunnen moet presteren, maar ook zeker niet dat het kind zich in de
les moet vervelen. Het maakt dan niet uit welk niveau het is, als het kind er
maar gelukkig mee is.
Ik heb dat niet zo tegen vader gezegd, omdat ik dat te ver
vind gaan. Wat hij voor toekomstbeeld van zijn zoon heeft, moet hij weten. Ik
weet alleen dat we allebei hetzelfde willen: het beste voor zijn zoon.
Liefs!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten