De situatie
Hierboven laat ik het al een
beetje doorschemeren, maar ik zit er erg mee als ik tijdens het nakijken weer
cijfers als een 3,8 of zelfs een 1,7 moet opschrijven. Ik kijk meteen waar de
fouten zitten en probeer me te herinneren hoe de les verliep toen ik dat deel
theorie uitlegde aan de klas. Vaak heeft dat geen enkele zin, want over het
algemeen verlopen mijn lessen in de klas (mijn 2havo-klas, uiteraard) allemaal hetzelfde: er zijn leerlingen die opletten bij
de uitleg, maar vervolgens niet uitvoeren en er zijn leerlingen die niet
opletten en niets uitvoeren. Dat komt dus op hetzelfde neer…
Toch trek ik het me wel
persoonlijk aan en dat vind ik vervelend. Ik denk dat ik er vaker wakker van
lig (figuurlijk dan, want ’s avonds tegen
een uur of tien lig ik toch echt wel als een roosje te slapen!) dan de
leerlingen en dat zou niet zo moeten zijn. Tenminste, dat zegt mijn gezonde
verstand.
Hulpvraag
De hulpvraag die hierbij hoort is
vrij logisch: wanneer zijn de belabberde cijfers van een klas niet meer jouw
verantwoordelijkheid?
De mogelijke oplossingen
Nummer 1: Pak er andere gegevens
bij dan alleen de cijfers voor jouw vak. Bijvoorbeeld cijfers van voorgaande
jaren voor jouw vak, maar ook cijfers van andere vakken die ze op dat moment
hebben behaald. Bij mijn 2havo-klas regent het rode cijfers. Daaruit kan ik
concluderen dat ze niet alleen bij mijn vak slecht presteren, maar ook bij de
andere vakken. Bekijk ook hun werkhouding. Hoe zijn ze in de les? Doen ze goed
mee met de klassikale uitleg? Maken ze hun huiswerk? En hoe verzorgd ziet hun
schrift (of werkboek) eruit? Nummer 2: Ga met de leerlingen in gesprek. Vraag hen naar de oorzaak van de cijfers. Dit kan eventueel ook door middel van een enquête, zodat je van iedereen de antwoorden op papier hebt. Vraag daarin hoe ze hebben geleerd (en of ze überhaupt hebben geleerd) en ook hoelang en hoeveel ze hebben geleerd. Vraag ook naar hoe ze denken het cijfer te kunnen verbeteren. Leg de verantwoording bij de leerling neer en niet meer bij jou.
Nummer 3: Ga in gesprek met de mentor/afdelingsleider. De mentor van mijn klas heeft geregeld één op één-gesprekken met de leerlingen en kan op deze manier (als manier 2 niet lukt…) met de leerlingen communiceren over de slechte cijfers. Bovendien is het sowieso belangrijk dat de mentor weet van de slechte cijfers die de leerlingen halen. Dit in verband met de voortgang van de leerling en de communicatie naar de ouders toe.
Nummer 4: Als je parallelklassen hebt waarin je precies hetzelfde lesgeeft als in de klas waar slecht in wordt gescoord, dan kun je snel de conclusie trekken: het ligt niet aan jou.
Nummer 5: Maak de leerlingen duidelijk dat jij er alles aan hebt gedaan om hen een goed cijfer te geven en dat de enige oplossing voor nu is om harder te werken en gemotiveerder naar de les te komen. Laat ze weten dat het hun probleem is en niet die van jou.
Liefs!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten