Zijn ouders zaten
tegenover me op de tafeltjesavond, het jongetje zat tussen hen in. Faalangst
heeft hij, en dat merkte ik ook al vrij snel bij hem. Niet alleen als ik hem in
de les iets vraag, maar ook op deze avond was hij heel stil, teruggetrokken en
verlegen en hij mompelde zijn antwoorden zo zachtjes mogelijk.
“Het is niet erg om
fouten te maken,” zei ik tegen hem. “Ik heb liever dat je me honderd vragen
stelt en daardoor een voldoende haalt dan dat je me niets durft te vragen en
dat ik er bij het nakijken van je proefwerk pas achter kom dat je de stof niet
goed hebt begrepen.”
Die les stak hij zijn
vinger op en stelde me een vraag, in het bijzijn van al zijn klasgenootjes. Daarna
zag ik hem geconcentreerd werken aan zijn opgaven. Ineens moest ik denken aan
wat mijn vorige stagebegeleidster zou doen. Ze zou op hem afstappen en
vertellen hoe trots ze op hem was, het liefst ten overstaande van de rest van
de klas. In gedachten zag ik het lieve jongetje al helemaal opvrolijken. Want
dit is echt iets om trots op te zijn.
Aan het eind van de
les liep ik naar hem toe. Een compliment in het bijzijn van alle andere
klasgenoten durfde ik nog niet aan, maar ik vond dat dit niet onopgemerkt mocht
blijven. Naast zijn tafel ging ik door mijn hurken en ik maakte oogcontact met
hem.
“Marijn, weet je wel
hoe trots ik op je ben?” Hij keek me een beetje vreemd aan. “Tijdens de eerste
weken van het jaar zat je altijd maar omgedraaid op je stoel, maar ik heb je
vandaag alleen maar zien werken. En hartstikke goed van je dat je een vraag
durfde te stellen net.”
“O, oke,” zei hij op
zijn manier, maar ik zag aan zijn ogen dat hij blij was om dit te horen. Nog geen tien seconden daarna ging de bel. Iedereen verliet het lokaal en mijn hart
maakte een sprongetje toen ik deze leerling met een grote glimlach weg zag gaan.
Nu moet ik ineens
denken aan één van de mailtjes die mijn eerste stagebegeleider ooit naar me
stuurde. “Ze kan het niet en ze zal het ook nooit kunnen. Dat was de rode draad
van de e-mail,” schreef ik al eerder in een blog. Ik ben misschien geen
perfecte docent en ik heb nog een hoop te leren, maar ik durf te wedden dat hij
zal schrikken van zijn eigen woorden als hij me nu ziet lesgeven.
Zeg nooit nooit,
meneer de pessimist.
Liefs!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten